Nicolas Dings maakte voor het Spinozamonument in Amsterdam een aantal voorstudies.
Nicolas Dings: “Bij Spinoza moest ik denken aan de Nieuwe Nederlanders zoals zijn familie dat ook ooit was, die nu deel uitmaken van de samenleving. De mus, die ooit de meest autochtone vogel was, en ook op de mantel voorkomt lijdt tegenwoordig een kwijnend bestaan en moet zijn territiorium delen met andere “vreemde vogels”. Het beeld verwijst uiteraard ook naar het napraten wat sommige vogels doen en het spiegelbeeldige, vandaar de cirkel die je als het ware invult als evenbeeld.”
Vorig jaar heeft Trouw een artikel over het Spinozahuis geschreven. Karien Wielenga herinnerde zich dat artikel, met name het slot: “Buiten is het zachtjes gaan regenen. Rijnsburgse scholieren fietsen voorbij. Tegen het pittoreske monumentje leunt een oude acacia. In het groen schuilen twee halsbandparkieten tegen de zomerregen. Kan het toeval zijn?”
Link naar het artikel:
https://www.trouw.nl/home/in-het-spinozahuisje-kon-de-ketter-vrij-denken~a7ef3830/
Karien Wielenga heeft destijds één van deze voorstudies, twee halsbandparkieten, verkregen.
Zij heeft deze voorstudie aan het Spinoza museum geschonken. Op de foto: Karin Wielenga en Harry Roestenberg (vice-voorzitter commissie Het Spinoza Museum).
In Amsterdam zitten zij op zijn mantel, nu zijn ze bij bij hem ingetrokken. Ook deze “vreemde vogels” hebben zich nu genesteld!