De woorden waar Spinoza zich van bediende, hebben een lange geschiedenis en passen niet goed bij de verrassende oorspronkelijkheid van zijn denken. De uitgevers van zijn werken hebben daarom een selectie brieven opgenomen van en aan Spinoza die de lezers van toen opheldering kon geven en hen inleidde in het tegendraadse denken van onze filosoof.
Wie de brieven nu leest, krijgt het gevoel dat de persoon Spinoza dichterbij komt. Vanaf de eerste brief die Oldenburg hem stuurt, lijk je als lezer mee te luisteren met de gesprekken die hij voerde met zijn tijdgenoten over soms heel belangrijke en soms ook minder belangrijke kwesties. In de briefwisseling licht Spinoza begrippen toe op verzoek van een briefschrijver. Soms staat hij een vriend bij met raad en advies en soms maakt hij iemand ironisch duidelijk hoe idioot zijn denkbeelden zijn. Een enkele keer windt hij zich ook zichtbaar op over de domheid en harteloosheid van de mensen.
De briefwisseling is dus niet alleen prettig te lezen maar ook belangrijk om Spinoza beter te begrijpen. Daarom staat de wintercursus van dit jaar in het teken van Spinoza’s brieven.
De vier bijeenkomsten
28 februari: Henri Krop – Spinoza en de wetenschappelijke revolutie
We beginnen de wintercursus met de uitvoerige correspondentie tussen Spinoza en Henry Oldenburg, secretaris van de Royal Society… Het eerste deel draait om de vraag naar de juiste wetenschappelijke methode, die rede en ervaring combineert. Het tweede deel gaat meer over Spinoza’s kritiek op christelijke leerstellingen. In de cursus zal het vooral over het eerste deel gaan.
7 maart: Andrea Sangiacomo – ‘Het kwaad’
In de terecht beroemde briefwisseling met Willem van Blijenbergh, ‘pontgaerder’, dat wil zeggen, commissionair in granen, te Dordrecht, gaat het over het probleem van het kwaad. Als alles in God is, als alles noodzakelijk gebeurt, hoe zit het dan met het kwaad?
14 maart: Paul Juffermans – Spinoza, het bestaan van geesten en spoken, voorspellende dromen en het bijgeloof
We lezen de ietwat komische briefwisseling met Hugo Boxel, secretaris en vervolgen pensionaris te Gorcum, die van Spinoza wil weten of hij denkt dat geesten en spoken kunnen bestaan. En we lezen de briefwisseling tussen Spinoza en zijn vriend, Pieter Balling, een geleerde, doopsgezinde koopman. Spinoza reageert op de voorspellende droom die Balling gemeend gehad te hebben over het overlijden van zijn kind.
28 maart: Wiep van Bunge – Spinoza als een vrome atheïst
We lezen de briefwisseling tussen Spinoza en Jacob Ostens (en via Ostens met de cartesiaan Lambertus van Velthuysen die Spinoza’s TTP hevig bekritiseert). Ostens was chirurgijn te Rotterdam en een van de belangrijkste collegianten daar. Hij speelt Spinoza de boekrecensie van Van Velthuysen door, waarop Spinoza behoorlijk gekwetst reageert en zichzelf tracht te verdedigen tegen het beeld van hem als een atheïst.
Programma
13.00 uur – Zaal open
14.00 uur – Start lezing
15.00 uur – Pauze
15.20 uur – Discussie in groepjes
16.05 uur – Plenair
16.50 uur – Einde
Aanmelden
Bent u lid van de Vereniging Het Spinozahuis, dan betaalt u € 75,-.
Bent u nog geen lid van de Vereniging, dan betaalt u € 100,-.
Graag voldoen op NL11INGB0000530315 t.n.v. Vereniging het Spinozahuis
o.v.v. Wintercursus 2026
Hebt u het bedrag overgemaakt, meld u dan per mail aan bij Alexander Legebeke via .
